De weg die Yeshua ging en gaat
* Eer de
wereld was, leefde Hij “in heerlijkheid”
Joh. 17:5
En nu,
verheerlijk Gij Mij, Vader, bij Uzelf met de heerlijkheid, die Ik bij U had,
eer de wereld was.
|
. . .
* Hij leefde
daar in de Liefde van Zijn Vader
Joh. 17:24
Vader,
hetgeen Gij Mij gegeven hebt – Ik wil, dat, waar Ik ben, ook zij bij Mij
zijn, om mijn heerlijkheid te aanschouwen, die Gij Mij gegeven hebt, want Gij
hebt Mij liefgehad vóór de grondlegging der wereld.
|
. . .
* Alles is
met Hem begonnen, want Hij is God
Joh. 1:1
In den
beginne was het Woord en het Woord was bij God en het Woord was God.
. . .
* Hij werd
een mens zoals wij, uit Zijn eigen vrije keuze en met een zeer specifiek doel
Joh. 1:14
Het
Woord is vlees geworden en het heeft onder ons gewoond en wij hebben zijn
heerlijkheid aanschouwd, een heerlijkheid als van de eniggeborene des Vaders,
vol van genade en waarheid.
. . .
* Hij nam
onze straf op Zich, betaalde de (los-)prijs in onze plaats
Jes. 53:5
Maar
om onze overtredingen werd Hij doorboord, om onze ongerechtigheden verbrijzeld;
de straf die ons de vrede aanbrengt, was op Hem, en door zijn striemen is ons
genezing geworden.
. . .
* Hij
oefende gehoorzaamheid-aan Zijn Vader
Fil. 2:8
En
in zijn uiterlijk als een mens bevonden, heeft Hij Zich vernederd en is
gehoorzaam geworden tot de dood, ja, tot de dood des kruises.
. . .
* ...
belandde morsdood in het graf
....... en
daalde [nòg verder] af, tot in het dodenrijk
1 Petr.
3:18-19
Want
ook Mashiach is eenmaal om de zonden gestorven als rechtvaardige voor
onrechtvaardigen, opdat Hij u tot God zou brengen: Hij, die gedood is naar het
vlees, maar levend gemaakt naar de geest, 19 in
welke Hij ook heengegaan is en gepredikt heeft aan de geesten in de gevangenis
. . .
* Daar
verbrak Hij de macht van de duivel
1 Joh. 3:18
Kinderkens,
laten wij liefhebben niet met het woord of met de tong, maar met de daad en in
waarheid.
. . .
* Wegens
Zijn gehoorzaamheid-tot-in-de-dood, heeft Vader-God Hem uitermate verhoogd
Fil. 2:9-11
Daarom
heeft God Hem ook uitermate verhoogd en Hem de naam boven alle naam geschonken,
10 opdat in de naam van Yeshua zich alle knie zou buigen van hen, die in de
hemel en die op de aarde en die onder de aarde zijn, 11 en alle tong zou
belijden: Yeshua haMashiacch is Here, tot eer van God, de Vader!
. . .
* Deze weg
van grote hoogte naar grote diepte en weer omhoog naar nòg groter heerlijkheid,
stond lang van tevoren al vast
Jes.
52:13-15
Zie,
mijn knecht zal voorspoedig zijn, hij zal verhoogd, ja, ten hoogste verheven
zijn. 14 Zoals velen zich over u ontzet hebben –
zozeer misvormd, niet meer menselijk was zijn verschijning, en niet meer als
die der mensenkinderen zijn gestalte – 15 zó zal hij
vele volken doen opspringen, om hem zullen koningen verstommen, want wat hun
niet verteld was, zien zij, en wat zij niet gehoord hadden, vernemen zij.
. . . . . .
.
* Zichtbaar
voor mensen-ogen, vertrok Hij ná Zijn volbrachte werk, weer naar Huis
Hand. 1:9
En
nadat Hij dit gesproken had, werd Hij opgenomen, terwijl zij het zagen, en een
wolk onttrok Hem aan hun ogen.
. . . . . .
.
*Daar
aangekomen, nam Hij weer plaats bij Zijn Vader – maar nu aan Diens rechterhand
Mark. 16:19
De
Here [Yeshua] dan werd, nadat Hij tot hen gesproken had, opgenomen in de hemel
en heeft Zich gezet aan de rechterhand Gods.
. . . . . .
.
* -en
herinnert ons eraan, wàt het àllerbelangrijkste is in ons aardse leven
Col. 3:1
Indien
gij dan met Mashiach opgewekt zijt, zoekt de dingen, die boven zijn, waar Mashiach is, gezeten aan de rechterhand Gods.
. . . . . .
.
* daar waar
Hij is, bidt Hij voor ons terwijl wij (nog) hier beneden zijn
Rom. 8:34
wie
zal veroordelen? Mashiach Yeshua is de gestorvene, wat meer is, de opgewekte, die
ter rechterhand Gods is, die ook voor ons pleit.
. . . . . .
.
* Hij komt
terug...
Hand. 1:11
die
ook zeiden: Galileese mannen, wat staat gij daar en ziet op naar de hemel? Deze Yeshua, die van u opgenomen is naar de hemel, zal op dezelfde wijze wederkomen,
als gij Hem ten hemel hebt zien varen.
.
. . . . . .
* -en Hij
haalt ons, Zijn Bruidsgemeente, op
1 Thess.
4:17
daarna zullen
wij, levenden, die achterbleven, samen met hen op de wolken in een oogwenk
weggevoerd worden, de Here tegemoet in de lucht, en zó zullen wij altijd met de
Here wezen.
. . . . . .
.
* ... dan is
de Grote Bruiloft aangebroken
Openb. 19:7
Laten wij blijde
zijn en vreugde bedrijven en Hem de eer geven, want de bruiloft des Lams is
gekomen en zijn vrouw heeft zich gereedgemaakt;
. . . . . .
.
* -en
beleven wij het Grote Bruiloftsmaal
Openb. 19:9
En
hij zeide tot mij: Schrijf, zalig zij, die genodigd zijn tot het bruiloftsmaal
des Lams. En hij zeide tot mij: Dit zijn de waarachtige woorden van God.
. . . . . .
.
* -de satan wordt
tijdelijk opgeborgen [à later voorgóed = voor eeuwig]
Duizendjarig
Vrederijk op aarde
Openb. 20:2
en hij
greep de draak, de oude slang, dat is de duivel en de satan, en hij bond hem
duizend jaren,
|
. . . . . .
.
* Yeshua
voltrekt het Laatste Oordeel
Openb.
20:11-15
En
ik zag een grote witte troon en Hem, die daarop gezeten was, voor wiens
aangezicht de aarde en de hemel vluchtten, en geen plaats werd voor hen
gevonden. 12 En ik zag de doden, de groten en de
kleinen, staande voor de troon, en er werden boeken geopend. En nog een ander
boek werd geopend, het (boek) des levens; en de doden werden geoordeeld op
grond van hetgeen in de boeken geschreven stond, naar hun werken. 13 En de zee gaf de doden, die in haar waren, en de dood
en het dodenrijk gaven de doden, die in hen waren, en zij werden geoordeeld,
een ieder naar zijn werken. 14 En de dood en het
dodenrijk werden in de poel des vuurs geworpen. Dat is de tweede dood: de poel
des vuurs. 15 En wanneer iemand niet bevonden werd
geschreven te zijn in het boek des levens, werd hij geworpen in de poel des
vuurs.
. . . . . .
.
* Hij deelt
Zijn Koninkrijk met Zijn getrouwen
Luk.
22:29-30
En Ik
beschik u het Koninkrijk, gelijk mijn Vader het Mij beschikt heeft,
30 opdat gij aan mijn tafel eet en drinkt in mijn Koninkrijk. En gij
zult zitten op tronen om de twaalf stammen Israëls te richten.
|
. . . . . .
.
* Hij is
Degene die ieders loon beheert
Hij is De
Eerste en De Laatste
Openb.
22:1-13
En hij
toonde mij een rivier van water des levens, helder als kristal, ontspringende
uit de troon van God en van het Lam. 2 Midden op haar straat en aan
weerszijden van de rivier staat het geboomte des levens, dat twaalfmaal vrucht
draagt, iedere maand zijn vrucht gevende; en de bladeren van het geboomte zijn
tot genezing der volkeren. 3 En niets vervloekts zal er meer zijn. En de
troon van God en van het Lam zal daarin zijn en zijn dienstknechten zullen Hem
vereren, 4 en zij zullen zijn aangezicht zien en zijn naam zal op hun
voorhoofden zijn. 5 En er zal geen nacht meer zijn en zij hebben geen
licht van een lamp of licht der zon van node, want de Here God zal hen
verlichten en zij zullen als koningen heersen tot in alle eeuwigheden.
Slot
6 En
Hij zeide tot mij: Deze woorden zijn getrouw en waarachtig, en de Here, de God
van de geesten der profeten, heeft zijn engel gezonden om zijn knechten te
tonen hetgeen weldra geschieden moet. 7 En zie, Ik kom spoedig. Zalig hij,
die de woorden der profetie van dit boek bewaart!
8 En
ik, Johannes, ben het die deze dingen hoorde en zag. En toen ik ze gehoord en
gezien had, wierp ik mij neder voor de voeten van de engel, die ze mij toonde,
om te aanbidden. 9 Maar hij zeide tot mij: Doe dat niet! Ik ben een
mededienstknecht van u en van uw broederen, de profeten, en van hen, die de
woorden van dit boek bewaren; aanbid God!
10 En
hij zeide tot mij: Verzegel de woorden van de profetie van dit boek niet, want
de tijd is nabij. 11 Wie onrecht doet, hij doe nog meer onrecht; wie vuil
is, hij worde nog vuiler; wie rechtvaardig is, hij bewijze nog meer
rechtvaardigheid; wie heilig is, hij worde nog meer geheiligd.
12 Zie,
Ik kom spoedig en mijn loon is bij Mij om een ieder te vergelden, naardat zijn
werk is. 13 Ik ben de alef en de tav, de eerste en de laatste, het begin
en het einde.
. . . . . .
.
* Hij maakt
alle dingen nieuw
Openb. 20:5
De
overige doden werden niet weder levend, voordat de duizend jaren voleindigd
waren.
Dit is de
eerste opstanding.
|
. . . . . .
.
* Hij komt
spóedig!
Openb. 22:20
Hij, die deze dingen getuigt, zegt: Ja, Ik kom
spoedig. Amen, kom, Heer Yeshua!